Het systeem van Telraam ontvangt veel gegevens van uw camera die het moet interpreteren, met name om te weten in welke categorie (voetganger, fietser, auto, groot voertuig) het een bepaald voertuig moet plaatsen. Dit is niet altijd even gemakkelijk. In dit artikel zal worden uitgelegd hoe het systeem werkt en waaruit de classificatie van voertuigen bestaat.
Als eerste maakt Telraam op basis van de volheidswaarde en asverhouding een onderscheid tussen voetgangers, tweewielers en voertuigen (= auto's + grote voertuigen). Eens dit onderscheid is gemaakt, gaat het Telraam een onderscheid maken tussen auto's versus grote voertuigen.
Fase 1: classificatie van voetgangers vs. tweewielers vs. voertuigen
o.b.v. volheidswaarde en asverhouding
De indeling/classificatie is gebaseerd op de zogenaamde gemiddelde waargenomen volheidswaarde en asverhouding (zie ook volgende figuur) van elk geobserveerd object.
Deze twee parameters zijn zowel afstands- als snelheidsonafhankelijk, wat bijvoorbeeld betekent dat of een auto nu op 10 meter of 5 meter van de camera aan 10 km/u of 80 km/u voorbijrijdt, telkens dezelfde asverhouding en volheidswaarde zal hebben.
Bekijk de figuren hierboven. De zwarte rechthoekige vorm is de omgeschreven rechthoek, terwijl de breedte en de hoogte van deze rechthoek worden weergegeven door de pijlen. Het gebied van de auto of fietsers wordt hier vertegenwoordigd door het rode gearceerde gebied. Volheidswaarde betekent hoe goed dit rode schaduwvlak de ruimte in de zwarte rechthoek vult.
Asverhouding is de verhouding van de twee pijlen. Het is gemakkelijk te zien, dat de volheidswaarde van de auto beduidend groter is dan de volheidswaarde van de fietser (en dat wordt nog duidelijker als we naar de objecten kijken vanaf de typische hoogte van een Telraam-camera), terwijl de asverhouding van de fietsers (ongeveer 1, omdat de breedte en hoogte min of meer gelijk is) groter is dan de asverhouding van de auto (waar de breedte van de rechthoek ongeveer twee keer de hoogte van die rechthoek is, dus de asverhouding = hoogte/breedte = 0,5).
Globale classificatormatrix
Classificatie wordt gedaan met behulp van deze parameters door een globale classificator, de classificatormatrix, die een tweedimensionale naslagtabel is. In de classificatormatrix zijn er (met behulp van een geautomatiseerde methode) gedefinieerde gebieden (in de asverhouding/volheidswaardeparameterruimte) waar auto's, fietsers en voetgangers typisch zullen vallen.
Fase 2: classificatie van auto's vs. grote voertuigen
Nadat het onderscheid tussen voetgangers vs. tweewielers vs. voertuigen is gebeurd, moet er nog binnen de klasse 'voertuigen' het onderscheid gemaakt worden tussen auto's en grote voertuigen. Dit gebeurt op basis van een cut-off waarde. Er is echter een kalibratie(periode) nodig zodat deze cut-off waarde optimaal berekend wordt voor jouw locatie. Voor meer uitleg, zie artikel "Telraam kalibratie".
Mijn data lijken inconsistent
Het onderscheid tussen grote voertuigen en auto's is niet altijd correct. Het aantal auto's kan worden onderschat en het aantal grote voertuigen overschat, of omgekeerd. Het verschil tussen fietsers en voetgangers is ook niet duidelijk, vooral wanneer meerdere voetgangers of fietsers samen reizen. Om meer te weten te komen over de inconsistenties die je soms in je Telraam-gegevens kan zien, lees het volgende artikel: "De gegevens van mijn Telraam lijken soms inconsequent".
Nog meer in detail? Zie hier onder
Indien je meer (technische) informatie wenst over de classificatiemethode, kun je het volgende artikel raadplegen: "Classificatie van de voertuigen". Je kunt dit artikel downloaden en afprinten.
Het hele systeem wordt voortdurend geëvalueerd en zo spoedig mogelijk wordt specifiek voor elk Telraam een nieuwe verfijning van de gegevens vastgesteld.
Wij verzoeken u echter voorzichtig te zijn met het gebruik van de gegevens over het aantal grote voertuigen door Telraam. Deze gegevens zijn niet even nauwkeurig als de Telraam-gegevens voor auto's.